Kies de beste houtsoort voor jouw haard of kachel

Wat is het beste haardhout? Welk type hout geeft het mooiste vlammenspel, en welk hout gebruik je liever niet voor het stoken van je open haard of kachel? Je leest het hier.

De beste soorten haardhout

Voor een pelletkachel gebruik je het liefst lichte pellets met DIN-Plus en/of EN-Plus/A1 keurmerk: gemaakt van schoon, onbehandeld (naald)hout met een hoog rendement. Gebruik liever geen donkere pellets en/of pellets zonder keurmerk. Daar is vaak loofhout en/of hardhout aan toegevoegd, waardoor een onvolledige verbranding kan ontstaan en (potentieel gevaarlijk) restmateriaal achterblijft in de branderbak van je pelletkachel.

Voor houtgestookte kachels gebruik je droog of ovengedroogd hout. Het beste stookhout voor een houtkachel en open haard:

• Beukenhout
• Eikenhout
• Essenhout
• Berkenhout
• Elzenhout

Eigenschappen haardhout

Welke houtsoort het beste bij je past, hangt af van het type stooktoestel dat je gebruikt – en hoe je het liefst het vuur ziet branden. De eigenschappen per houtsoort voor je op een rij:

Beukenhout
Beukenhout wordt veel als brandhout gebruikt. En dat is niet zo gek: het hout knettert niet, heeft een hoog rendement, brandt lang, ruikt lekker en geeft een mooi, rustig vlammenspel. Beukenhout is met name geschikt voor (grote) convectiekachels en open haarden.

Beukenhout is wat lastiger aan te steken dan de zachtere houtsoorten, zoals elzen- en berkenhout. Mix het beukenhout bij het aansteken met een wat zachtere houtsoort of gebruik aanmaakblokjes om de ontbranding te versnellen.

Eikenhout
Stook je met eikenhout, dan ben je verzekerd van een langdurig, prachtig vlammenspel. Het laat zich echter niet zomaar veroveren, evenals bij beukenhout is er even wat moeite nodig om het goed te laten ontbranden. Eikenhout is bij uitstek geschikt voor de wat grotere stooktoestellen.

Essenhout
Ook essenhout hoort tot de harde houtsoorten, dus brandt traag, geeft een langdurige en gelijkmatige warmte en een mooi vlammenspel. Het spat nauwelijks, waardoor dit brandhout zowel in een (middelgrote) haard als kachel kan worden gebruikt. Gebruik eventueel een combinatie met een zachtere houtsoort of een stookmix om een optimale ontbranding te laten ontstaan.

Berkenhout
Berkenhout is eenvoudig aan te steken, brandt zeer schoon, spat niet en geeft een mooi vlammenspel. Deze zachte houtsoort is bij uitstek geschikt voor (het aanmaken van) haarden en/of kachels die snel op temperatuur gebracht moeten worden: de zogenaamde accumulerende kachels, zoals finovens, tegel- en speksteenkachels. Toch kun je gedroogd berkenhout ook uitstekend gebruiken voor je gewone – wat kleiner formaat – kachel of haard.

Elzenhout
Elzenhout is – net als berkenhout – een zachte loofboomsoort met vrijwel dezelfde stookeigenschappen. Gebruik wat aanmaakhout om het vuur goed op gang te krijgen, voor een optimale en schone verbranding. Ook deze houtsoort is wat minder geschikt voor de grotere kachels en haarden. Het brandt makkelijk, maar dat betekent ook: vaak bijvullen.

Dit zijn de beste, meest toegepaste houtsoorten. Maar je kunt natuurlijk ook ander hout zoals fruitbomenhout, esdoorn of platanen gebruiken. Gebruik je een andere houtsoort? Laat je voorafgaand goed informeren. Sommige houtsoorten vormen namelijk overmatig veel creosoot, branden onvoorspelbaar of zijn zelfs giftig (dus mogen niet verzaagd worden).

Ongeschikte houtsoorten

Voorbeelden van ongeschikte houtsoorten voor de haard of kachel zijn:

• Vers hout (vanwege het hoge vochtigheidspercentage)
• Geverfd hout
• Naaldbomenhout
• Kastanjehout
• Populierenhout
• Vuren
• Grenen
• Pallethout (uitsluitend als aanmaakhout)

Stookmix

Gebruik aanmaakhout en/of aanmaakblokjes om het hout goed te laten ontbranden. Sommigen geven de voorkeur aan het opstarten van de haard of kachel met een stookmix: een combinatie van harde en zachte houtsoorten. Denk aan een combinatie van beuken, eiken en/of essenhout aangevuld met berken- en/of elzenhout. Daarmee zorg je ervoor dat je kachel of haard snel op gang komt en kun je – na een goede ontbranding – eventueel overstappen op houtsoorten met een hoog rendement – zoals beuken, essen of eiken – voor lang(er) stookplezier.

Stookadvies

Welke houtsoort ook je voorkeur heeft: gebruik altijd schoon, droog hout met een vochtigheidspercentage tussen de 12% en 18%. Zo stook je zo schoon en duurzaam als mogelijk en voorkom je schoorsteenbrand door onnodige creosootvorming en roetophoping in het rookkanaal. Zorg ook voor een rookkanaal met een goede trek, de juiste diameter en laat het minimaal eens per jaar vegen. Zo stook je schoner en veiliger.

Zwitserse methode

Wil je extra schoon stoken? Pas dan de [Zwitserse methode] toe, waarbij je het vuur van bovenaf laat ontbranden.